2013 Indonesie

route_indonesie_reis

Eigenlijk hadden we hele andere plannen voor de vakantie van 2013, maar het liep helemaal anders dan we gepland hadden. We wilden eigenlijk naar China, maar er was een probleempje met het regelen van een visum. Het paspoort van Riet was namelijk in februari weggebracht voor verlenging van haar verblijfsvergunning hier op de Filipijnen en begin april was het nog steeds niet terug. We wisten eigenlijk niet wanneer die procedure afgerond zou zijn en omdat we bang waren dat het paspoort niet op tijd terug zou zijn voor de visumaanvraag voor China besloten we uit te kijken naar een alternatief.

We gingen voor de tweede keuze op ons lijstje en dat was Indonesië. Een prima tweede keus, want we hadden al heel wat van Zuidoost Azië gezien maar gek genoeg waren we nog nooit in het voormalige Nederlands Indië geweest. Nou ja, ik wel een paar keer, op het eiland Batam voor de kust van Singapore maar dat was voor werk.

We kozen voor de 16-daagse rondreis Java-Bali uit het aanbod van ons gebruikelijke reisbureau FOX. We kregen een aantrekkelijke korting op de reis omdat we geen gebruik zouden maken van de vluchten in het pakket en we boekten gelijk een paar extra dagen aan het eind van de rondreis op het eiland Bali. We moesten wel onze vluchten zelf boeken en dat deden we bij Philippine Airlines, heen van Manila naar Jakarta en terug vanaf Bali naar Manila, en we boekten een hotel voor de eerste overnachting op de luchthaven van Jakarta. Dat was nodig omdat wij daar zouden aankomen op de avond voor de dag dat de rest van het gezelschap vanuit Nederland zou arriveren. En een visum was niet nodig, dat zou bij aankomst in ons paspoort worden gestempeld.

Alles was dus ruim op tijd rond. Dachten we, want hoewel we een week voor vertrek nog steeds het paspoort van Riet nog niet terug hadden gekregen van de Filipijnse immigratiedienst was ons verzekerd dat het op tijd klaar zou zijn. Maar helaas, we zouden zaterdag de 18e mei vertrekken en vrijdag de 17e om half vijf kreeg ik een telefoontje wat ervoor zorgde dat de reis niet kon doorgaan, het paspoort van Riet was niet op tijd klaar.

We moesten alles afzeggen, het geboekte hotel voor de overnachting op de luchthaven van Jakarta, de vliegreizen en de rondreis zelf. En alles op het allerlaatste moment dus we kregen geen cent terug en draaiden dus voor alle gemaakte kosten zelf op. Uiteraard lieten we het er niet bij zitten en vele maanden later werden we alsnog voor het grootste deel gecompenseerd door het bureau wat de visum-procedure van Riet in het honderd had laten lopen.

Het kostte ons een paar dagen om dit alles te verwerken maar toen besloten we om toch maar alles opnieuw te boeken. De nieuwe vertrekdatum werd vastgesteld op vrijdag de 14e juni, en zo vertrokken we dus een maand later dan gepland alsnog naar Jakarta voor onze vakantie in Indonesië…

Hier volgt het verslag van onze rondreis.

16 juni – Aankomst in Jakarta

Indonesie_2013_06_16_0008

Net voor middernacht landden we op de luchthaven van Jakarta en ondanks dat het wachten op de koffers wat lang duurde stonden we rond kwart voor één buiten. Het was even zoeken naar het Airport Hotel maar we vonden het en omdat we vooraf gereserveerd hadden zaten we even na enen op onze kamer.

Riet voelt zich altijd ongemakkelijk als ze geen contant geld in de knip heeft dus die was eerst nog even op zoek gegaan naar een pinautomaat. Die vond ze al snel en ze dacht kom, laat ik maar gelijk flink inslaan en ze tapte honderdduizend Rhupia. Ze kreeg echter het hele bedrag in een enkel biljet en ik voelde al nattigheid. Bovendien herinnerde ik me van vorige bezoeken aan Indonesië een paar jaar geleden dat bedragen hier heel veel nullen hebben. En jawel, het bleek dat Riet omgerekend nog geen acht Euro had gepint… 

Vanmorgen zijn we na het ontbijt weer naar de pinautomaat gegaan en deze keer hebben we wat meer ingeslagen, we hebben nu samen in totaal vier miljoen Rhupia in de knip. Om twaalf uur moesten we onze hotelkamer uit en gingen we richting de aankomsthal om te wachten op de rest van het gezelschap, en om als het even kon alvast de reisleider vinden. Het wachten duurde lang want het vliegtuig was vertraagd en landde pas om even over enen. In eerste instantie was er ook geen spoor van de reisleider te bekennen totdat Riet opeens iemand langs zag lopen met de bekende blauwe map van Fox Vakanties. Die bracht ons bij de reisleider en samen wachtten we op de rest van de groep, maar het duurde nog dik anderhalf uur voordat die naar buiten kwamen.

Onze reisleider Agah was een Nederlands sprekende Indonesiër die zichzelf de Nederlandse taal had aangeleerd. Dat was overigens wel te merken want hij sprak met een heel zwaar accent en was soms erg moeilijk te verstaan. De hele groep bestond inclusief onszelf verder uit maar negen personen dus we hadden ruimte zat in de bus. Die bracht ons meteen naar de eerste stop voordat we naar het hotel gingen, de oude haven van het vroegere Batavia. We konden ons door middel van een korte wandeling vergapen aan de typische houten vrachtschepen en het laden en lossen van de vracht.

Terug in de bus reden we naar het Atlet Century Park Hotel waar we onze eerste en enige nacht in Jakarta zouden doorbrengen voordat we de volgende ochtend naar Bandung zouden vertrekken. Het Atlet Century Park hotel bevond zich overigens recht tegenover het park met het voetbalstadion waar het Nederlands elftal de week ervoor met 3-0 had gewonnen van het nationale elftal van Indonesië.

Van Jakarta hebben we behalve vanuit de bus niet veel gezien, wat op zich wel jammer was. Onze enige site-seeing was een bezoek aan het naast het hotel gelegen winkelcentrum. Waar wel een “Coffee Bean” was, dat dan wel weer…

’s Avonds hadden we het gebruikelijke welkomstdiner ter kennismaking met de groep. Dat was erg gezellig, het zag er naar uit dat we een leuke groep hadden en dat uitte zich al meteen door een voortzetting van de kennismaking na het diner in de bar bij het zwembad van het hotel.

17 juni – Van Jakarta naar Bandung

Indonesie_2013_06_17_0107

Ondanks dat de maand juni in het droge seizoen valt vertrokken we vanmorgen uit Jakarta met een fikse stortbui. We verlieten de hoofdstad van het land al weer na een dag en veel hebben we er dus niet van gezien. Zo te zien hebben we ook niet erg veel gemist want Jakarta lijkt (al vind Riet dat wel meevallen) heel erg op Manila. Dezelfde krottenwijken afgewisseld met moderne hoge kantoorgebouwen en dure winkelcentra. Er was voor zover wij hebben kunnen zien vanuit de bus weinig meer van de traditionele Indonesische cultuur over.

We reden van Jakarta naar het stadje Bogor waar we een anderhalf uur durende wandeling maakten door de nog door de Nederlanders in de 19e eeuw aangelegde Botanische Tuinen. De gids daar sprak prima Nederlands en wist ons uitstekend te vermaken, dus onze eerste excursie was een geslaagde. Na bij de Tuinen nog een bakkie koffie te hebben genuttigd reden we verder in de richting van Bandung waarbij we rond het middaguur onderweg zouden stoppen voor een lunch.

We kwamen echter terecht in een enorme verkeerschaos met overal lange en vooral trage files, en tot overmaat van ramp sloeg na een uur het noodlot toe. De koppeling van onze bus begaf het en de bus kon niet verder. Onze gids regelde telefonisch vervangend vervoer maar omdat dat nog wel een paar uur op zich zou laten wachten besloot hij een minibus te regelen om ons alvast naar het lunchrestaurant te laten brengen.

Deze minibusjes zorgen in Indonesië voor het openbaar vervoer, op dezelfde manier als de Jeepneys in Manila. Nu zijn deze minibusjes niet echt groot, ze hebben achter de chauffeur twee banken aan weerskanten van de cabine en het viel niet mee om negen grote Nederlanders plus een gids erin te persen. Vraag niet hoe het ging, en vooral niet hoe het beviel, laten we het er maar op houden dat het een avontuurlijke rit werd van twee en een half uur door de heuvels tussen Jakarta en Bandung. Toen we om twaalf uur onderweg de oproep van een nabijgelegen moskee hoorden zei onze gids, “Tijd om te bidden”, waarop ik zei, “Dat doe ik al een half uur”…

De lunch was geweldig, heerlijk eten in een mooi restaurant, maar toen we klaar waren met eten moesten we nog dik twee uur zien door te brengen want zo lang zou het duren voordat de nieuwe bus zou arriveren. Het restaurant lag aan de rand van het plaatsje Cipanas en onze gids stelde voor de wachttijd te gebruiken om de plaatselijke markt te bezoeken. Vond ik leuk want nu kregen we eindelijk eens iets van het echte Indonesië te zien.

Terug van de markt en weer bij het restaurant was het inmiddels kwart over vier en we hadden inmiddels bericht dat de nieuwe bus tussen half vijf en vijf uur zou verschijnen. Door de vele files werd het echter kwart voor zes voordat de bus het parkeerterrein van het restaurant opreed. Het goeie nieuws was dat deze bus een betere was dan de vorige, het slechte nieuws was dat we nog drie uur zouden moeten rijden naar Bandung…

We waren al met al door al het oponthoud pas tegen negenen in de avond in Bandung en onze gids bracht ons daarom eerst naar een restaurant om wat te eten voordat we naar het hotel gingen. Na de lange dag arriveerden we uiteindelijk in het mooie Hotel Papandayan niet ver van het centrum van Bandung, overigens de derde stad van Indonesië met drie miljoen inwoners.

 18 juni – Bandung

Indonesie_2013_06_18_0145

Vandaag stond het programma in het teken van het bezichtigen van Bandung en dat begon vanmorgen met een stadswandeling door het centrum van de stad. Opvallend mooi waren de Art Deco gebouwen uit het begin van de vorige eeuw, met op veel daarvan nog Nederlandse teksten op de gevels. We bezochten ook het museum wat gewijd is aan de in 1955 gehouden eerste Azië-Afrika Conferentie, en verder vielen de enorme verkeersdrukte en het toch wel het grote aantal daklozen op.

Tijdens het bezoek aan het voormalig conferentiecentrum bleek overigens dat we soms moeite hebben om onze overigens ontzettend aardige en behulpzame gids Agah te verstaan. Hij heeft met name moeite met de letter „F” en dat gaf hier wat problemen; een van onze medereizigers vroeg me op een gegeven moment toen Agah aan het vertellen was over de „conferentie” wat hij toch bedoelde met die „compressie” waar hij het iedere keer over had…

Hoogtepunten van de wandeling waren het bezoek aan een piepklein werkplaatsje, verborgen in een van de vele smalle steegjes, waar ze met de hand de Wajang poppen maakten, en een bakkerij die zomaar uit de vijftiger jaren in Nederland had kunnen zijn. Alle brood en banket waren vers gebakken, alle opschriften waren in het Nederlands, de weegschalen waren nog van die witte die ik me herinner uit mijn jeugd en als klap op de vuurpijl was dit de allereerste keer dat we hagelslag tegenkwamen in het buitenland. We kochten voor de lekkere trek twee ons oer-Hollandse bokkenpootjes.

Na de lunch bezochten we een begraafplaats van het vroegere KNIL (Koninklijk Nederlands-Indisch Leger) die prachtig onderhouden bleek door bijdragen vanuit Nederland van de Stichting Oorlogsgraven. Laatste punt op de agenda van vandaag was een bezoek aan een uitvoering door kinderen van de muziekschool Pak Ujo maar omdat er nog wat tijd over was kregen we voorafgaand daaraan nog gelegenheid inkopen te doen bij een factory outlet waar ik mooi drie Bally overhemden scoorde voor weinig. Niet erg cultureel maar wel praktisch…

De voorstelling bij de muziekschool was goed bezocht; er was ongeveer driehonderd man publiek, gezeten in een soort amfitheater, en het waren lang niet allemaal buitenlandse toeristen. Het programma kwam een beetje langzaam op gang met wat dansen en een bandje wat bijna alleen instrumenten bespeelde die gemaakt waren van bamboe en nog het meest weg hadden van xylofoons. Het hoogtepunt was de demonstratie met de Angklung, waarbij ook het publiek werd betrokken. Een Angklung is een muziekinstrument wat eruit ziet als een flink telraam met op de assen holle bamboepijpen die nauwkeurig geijkt zijn om een bepaalde toon voort te brengen. Het geluid produceer je door de Angklung bovenaan vast te pakken en dan tegen de onderste dwarslat te slaan.

Na een demonstratie door een Angklung orkest werd aan iedereen in het publiek een Angklung uitgedeeld. Er waren acht verschillende soorten, genummerd een tot acht, die ieder een verschillende toon uit de toonladder produceerden. Het hoofd van de muziekschool toonde voor ieder nummer een handgebaar, waarna hij het publiek liedjes liet spelen. Het enige wat je hoefde te doen was zijn handen in de gaten houden en als het met jouw nummer corresponderende handgebaar werd gemaakt rammelde je met je Angklung. Het was verbazend hoe goed het driehonderd-koppige geïmproviseerde Angklung orkest klonk, en het was ook de eerste keer dat Riet succesvol een muziekinstrument bespeelde!

Onze gids was bereid om ons ‘s avonds naar een lokaal restaurant te brengen, op voorwaarde dat hij mocht mee-eten en wij voor hem zouden betalen. De Nasi Goreng was het meer dan waard…

19 juni – Van Bandung naar Yogyakarta

Indonesie_2013_06_19_0052

Het was alweer vroeg op vanmorgen want we moesten op tijd op het station van Bandung zijn voor de lange treinreis naar Yogyakarta. De reis zou ruim zeven uur gaan duren maar gelukkig reisden we 1e klas dus we hadden in ieder geval fatsoenlijke stoelen, voor zover mogelijk in Aziatische treinen uiteraard. We waren ruim op tijd omdat de verwachte verkeersdrukte meeviel en om acht uur vertrok de trein met als eindbestemming Surabaya. Wij zouden dus niet de hele treinreis maken, ons reisdoel voor vandaag was de stad Yogyakarta waar we in totaal drie dagen zullen blijven.

De reis was lang maar prachtig, en dan vooral het eerste gedeelte. De spoorlijn loopt door de heuvels tussen Bandung en Yogyakarta en we zagen veel van de beroemde rijstterrassen. Onderweg werd er een paar keer gestopt voor een paar minuten waarbij we de gelegenheid te baat namen om de benen te strekken, en de rokers waren er helemaal blij mee want in de trein mocht niet worden gerookt. Er was onderweg koffie en een lunch, kortom we waren van alle gemakken voorzien terwijl het schitterende landschap van Indonesië aan ons voorbij trok.

Het laatste gedeelte van de reis was wat saaier doordat het landschap veranderde in vlakke rijstvelden, afgewisseld met kleine dorpjes die er allemaal hetzelfde uitzagen. We kwamen tegen half vier in Yogyakarta aan waar de lucht diep donkergrijs was, en we zagen al dat een fikse stortbui onvermijdelijk leek.

Er stond nog een excursie op het programma naar de op twintig minuten van het centrum gelegen Hindoe tempel Prambanan en we werden daar direct vanaf het station per bus naar toe gebracht. Terwijl we uitstapten bij het tempelcomplex barstte de bui die al de hele tijd dreigde dan toch los. Ondanks dat er op het parkeerterrein paraplu’s werden uitgedeeld bereikten we zeiknat het toegangsgebouw waar we schuilden en de bui afwachtten. Het werd echter niet droog; onze gids besloot dat het te laat werd en dat we naar ons hotel moesten. De excursie is nu verschoven naar morgenochtend, wat wel betekent dat we weer extra vroeg op moeten.

Voor Riet en mij was er bij aankomst in het Melia Purosani Hotel wel een pleister op de wonde. Riet vroeg in het hotel of er een rokerskamer beschikbaar was, en die was er maar alleen nog op de executive verdieping. We kregen dus als enige van de groep een upgrade, met een luxere kamer en toegang tot de executive lounge…

20 juni – Eerste dag in Yogyakarta

Indonesie_2013_06_20_0037

Onze gids Agah bracht ons gisteravond op ons verzoek weer naar een leuk restaurant in de binnenstad van Yogyakarta, waar we lekker hebben gegeten. We maakten het niet te laat want we moesten weer vroeg op, deze keer voor de naar vanochtend vroeg verschoven excursie naar de Prambanan tempel.

De wektijd vanmorgen was dus zes uur en om zeven uur zaten we in de bus naar de tempel. Jammer genoeg werkte het weer alweer niet mee; het was wel droog maar heel erg bewolkt en dus geen zonnetje. Niet zo best dus om foto’s te maken want de tempel was gemaakt van lavasteen wat in de loop van de eeuwen vrijwel zwart was geworden. Lachen was het wel want we kregen allemaal (ook de mannen) een sarong omgeknoopt voordat we naar binnen gingen want dat was verplicht, en bij het bezichtigen van de hoofdtempel kregen we ook allemaal nog eens een bouwvakkershelm op. Hilariteit dus, maar desondanks was het een interessant bezoek.

Na het tempelbezoek volgde vanaf het tempelterrein de volgende excursie, een fietstocht door de omliggende dorpjes en sawa’s. Riet en twee anderen hadden zich daarvoor niet ingeschreven en zij moesten dus anderhalf uur bij de tempel wachten, wat gelukkig door de talloze winkeltjes en eettentjes niet een al te grote straf was. De rest van ons stapte op de fiets voor een tochtje langs de sawa’s en door kleine dorpjes, en mede doordat ondertussen toch het zonnetje was doorgebroken werd het een geweldig leuk tochtje met onder andere een bezoek aan een kleine boerderij.

Terug bij de tempel moest het dagprogramma worden aangepast want het geplande bezoek aan het paleis van de Sultan van Yogyakarta moest naar voren worden geschoven. Dat paleis wordt om een uur ‘s middags gesloten voor het publiek en het was ondertussen al kwart voor twaalf. Eerst naar het paleis dus, wat overigens een bezoek was waar we allemaal weinig aan vonden. Je loopt wat over binnenplaatsen en af en toe ergens naar binnen waar portretten hangen of waar cadeau’s die de Sultan van andere staatshoofden heeft gekregen staan uitgestald, en dat is het dan. Niet veel soeps dus voor ons Nederlanders.

We hadden eigenlijk geen zin in de volgende stop want we wilden eigenlijk liever gaan lunchen, maar het bezoek aan het bedrijfje waar producten van leer worden gemaakt bleek ontzettend leuk. Het bedrijfje werd gerund door een jonge Nederlander wiens moeder ermee was gestart. Ze maken niet alleen luxe dingen van leer maar bieden ook nog eens een paar Indonesiërs een baan met voor dit land de ongekende luxe van een ziektekostenverzekering, vakantiedagen en pensioenopbouw. Daarnaast gaat ook nog eens tien procent van de winst naar goede doelen.

Riet werd weer helemaal wild van de tassen en heeft twee hele leuke gekocht, waarvan er een niet telt zei ze want die was in de uitverkoop. Ikzelf kocht een leren riem en had waarschijnlijk nog wel meer gekocht als ze wat meer dingen hadden gehad voor laptops en iPad’s. We kregen er ook nog koffie en de gelegenheid, zeker niet onbelangrijk en zeer zeldzaam in dit land, om gebruik te maken van schoon sanitair…

Na de lunch was er nog een bezoek aan een zilverfabriekje, wat eigenlijk een puur commerciële bedoening was zoals je die altijd wel in Fox reizen aantreft. We kregen namelijk een korte rondleiding over de werkvloer waar we konden zien hoe zilver tot producten werd verwerkt, erg kunstig daar niet van, maar aan het eind was natuurlijk de onvermijdelijke grote winkel en de bedoeling dat we daar flink zouden inkopen. Er werden wel wat kleine snuisterijtjes gekocht door deze en gene maar geen grote aankopen, en eigenlijk was ook dit typisch iets wat ze van mij hadden mogen overslaan.

We zagen tussen de bedrijven door nog heel wat van de stad zelf want we doorkruisten de hele stad op weg naar de diverse programmaonderdelen. Yogyakarta is een flinke stad met ruim vier miljoen inwoners, en het is een studentenstad. Of dat er een direct verband mee houdt weet ik niet maar erg opvallend was grote hoeveelheid graffiti overal in de stad.

Andere voor vandaag geplande excursies moesten vanwege de tijdsdruk weer worden doorgeschoven naar morgen, voor vandaag staat er alleen nog voor vanavond iets op het programma. We gaan naar een voorstelling met Indonesische dansen voorafgegaan door een buffet. Ik ben normaal ook al geen fan van dit soort Joop-van-der-Ende-achtige toestanden (want ook dit is natuurlijk zo commercieel als de pest), maar we gaan met de hele groep en dan wordt het vast en zeker gezellig.

21 juni – De Borobudur

Indonesie_2013_06_21_0134

De voorstelling van gisteravond vond ik persoonlijk erg mooi maar de meningen daarover waren verdeeld. De dans zelf was prachtig al vonden sommigen het wat langdradig; over de muziek was iedereen het eens, die was eentonig en daardoor op den duur erg irritant voor onze Westerse oren. Het buffet vooraf was zoals verwacht zwaar onder de maat, en er mankeerde nog wel meer aan want vanmorgen waren er drie mensen ziek, waaronder ik.

Dankzij een lading Imodium kon ik toch mee vandaag, en dat was maar goed ook want voor vandaag stond er een bezoek aan de Borobudur op het programma en dat is een van de hoogtepunten van deze reis. Maar voor het zover was gingen we eerst nog naar een Batik fabriekje met Becaks. Een Becak is een fietstaxi waarbij je op een bankje zit voor de bestuurder. Het ritje voerde door smalle straatjes waar het vanwege het vroege uur nog erg rustig was en we konden op ons gemak van de omgeving genieten.

Aangekomen bij het Batik fabriekje kregen we eerst te zien hoe Batik precies werkt waarna we in de tentoonstellingsruimte naar de Batik schilderijen konden kijken. Uiteraard was alles te koop en ook wij vonden iets van onze gading, twee prachtige doeken van zijde gemaakt door de Batik meester zelf met daarop afgebeeld orchideeën. We mochten daarbij ook nog een doek uitzoeken gemaakt door een van de leerlingen, een meisje wat daar aan het werk was en wat apetrots met haar doek op de foto ging. Wat we ook heel goed vonden was dat de prijs wat het leerling doek zou hebben gekost afging van onze prijs als we dat bedrag direct aan het meisje betaalden, en zo kreeg zij dus zelf het geld voor haar werk.

Vervolgens gingen we met de bus naar de Borobudur, een grote Boeddhistische tempel gebouwd in de twaalfde eeuw en tot 2011 een van de zeven Wereldwonderen. Het was vanaf Yogyakarta een dikke anderhalf uur rijden naar de Borobudur dus we kwamen er pas tegen elf uur aan. Het was uiteraard een drukte van belang en we moesten ons bijna letterlijk langs talloze opdringerige verkopers van prullaria worstelen om bij de ingang te komen.

Eenmaal binnen leidde de ons toegewezen gids ons rond over de tempel, die overigens geen “binnen” heeft. De naam Borobudur betekent Tempel op de Heuvel en dat is precies wat het is, de tempel is om de heuveltop gebouwd en het binnenste van de tempel is dus de heuvel zelf. Het is een magnifiek bouwwerk van zes lagen, en op de eerste lagen zijn er rondom reliëfs uitgehakt die het verhaal vertellen van Bhoedda. En jawel, ook hier kregen we allemaal weer de verplichte sarong omgeknoopt, maar echt opvallen deden we niet want er waren honderden andere bezoekers. Ondanks de enorme drukte was het een indrukwekkend bezoek, meer dan de moeite waard!

Na het bezoek aan de Borobudur gingen we naar een vlakbij gelegen restaurant voor de lunch waarbij het vermeldenswaard is dat ik en de andere lichtelijk zieke reisgenote (een derde had toch van de tocht moeten afzien en was in het hotel gebleven) weinig kast meer hadden van onze ingewanden en we lieten ons de lunch dan ook goed smaken.

Meteen na de lunch wachtten vier rijtuigen met paard op ons voor een tochtje naar een dorpje om daar kennis te maken met de bewoners en hoe die leven. Dat werd een heel leerzaam tochtje, want de dorpelingen, die ons in hun huizen en al lieten rondkijken, blijken te leven van alles wat de natuur hun biedt. En veel daarvan groeit er gewoon in tuinen en soms zelfs langs de weg. Ze gebruiken vrijwel alles wat groeit en bloeit, zo lieten ze zien hoe ze chips maken van Casave door die in dunne plakjes te snijden met een primitief soort plakjessnijder en vervolgens de plakjes te kruiden en te frituren in palmolie.

De koetsjes brachten ons weer terug naar het restaurant waar de bus op ons stond te wachten om ons terug te brengen naar Yogyakarta. Nauwelijks waren we binnen of er barstte net als de vorige twee dagen een enorme onweersbui los. Omdat we nog aan de koffie en thee zaten binnen moesten we met paraplu’s een voor een naar de bus worden gebracht, waarna het nog een dikke anderhalf uur rijden was voor we terug waren bij het hotel.

Het werd zelfs nog wat later want we kwamen in de vrijdagavondspits terecht en uiteindelijk waren we pas om half zes ter plekke, na alweer een hele drukke maar ook weer heel erg geslaagde dag…

22 juni – Van Yogyakarta naar Malang

Indonesie_2013_06_22_0051

Het wordt eentonig maar we werden vanmorgen alweer heel vroeg gewekt want vandaag reisden we van Yogyakarta naar Malang. Half zes kregen we onze wake-up call en we waren zo vroeg dat het ontbijt restaurant nog niet eens open was. Gelukkig hoefden we ons geen zorgen te maken over de koffers want die waren gisteravond met de bus al vooruit gereisd.

Het eerste gedeelte was weer per trein en die vertrok om tien voor half acht, dus we stapten om tien voor zeven in de bus die ons naar het station bracht. In eerste instantie dachten Riet en ik dat we niet naast elkaar zaten maar dat het gangpad ertussen zat, en dat klopte ook wel maar omdat we op de achterste rij zaten zat ik in een enkele stoel en Riet op een bank voor twee. En omdat er niemand naast haar kwam zitten zat ze lekker breeduit.

Verder valt er over de ruim drie en een half uur durende treinreis weinig te vertellen; het landschap was prachtig maar wel eentonig, eindeloze sawa’s en kleine dorpjes. We arriveerden om elf uur in het stadje Jopang waar de bus op ons stond te wachten. Omdat de reis naar Malang nog eens ruim drie uur zou gaan duren gingen we eerst maar lunchen, in een overigens geweldig mooi Islamitisch hotel (geen bier dus). Deze regio staat bekend om zijn streng islamitische gemeenschap, maar het moet gezegd dat het stadje op ons wel een nettere indruk maakte dan alles wat we tot nu toe hadden gezien.

De busreis begon ook eentonig, hetzelfde vlakke landschap als wat we vanuit de trein hadden gezien, maar dat veranderde halverwege toen we de heuvels ingingen. Die moesten we oversteken want Malang ligt aan de andere kant, en die oversteek leverde een paar spectaculaire vergezichten op. Af en toe reden we langs hele diepe afgronden en de smalle weg met verkeer van weerskanten was dan ook niet best voor mijn gemoedsrust. Maar alles ging goed en om even voor half vijf arriveerden we bij ons hotel in Malang.

De eerste indruk daarvan was niet best, een kippenhok als kamer met vrijwel geen voorzieningen, en dus niet bepaald wat we tot nu toe gewend zijn tijdens deze vakantie. Ja, ik weet het wel, verwend en zo, maar we hebben voor deze vakantie extra betaald om goeie hotels te hebben en ik vind dat je dan ook wat mag verwachten. Misschien moet ik als we terug zijn eens bij Fox informeren wat zij onder een vijf-sterren hotel verstaan. Maar gelukkig is er ook een positief punt, dit hotel heeft prima WiFi en dat konden we van de luxere hotels van de afgelopen dagen beslist niet zeggen.

Het goot overigens alweer van de regen toen we aankwamen en dat begint al vaste prik te worden. Rond een uur of drie begint de lucht te betrekken en tegen half vijf barst de bui los. Het duurt dan weliswaar niet zo lang voor het weer droog is maar het is het droge seizoen, er hoort helemaal niet iedere dag regen te vallen!

23 juni – Malang

Indonesie_2013_06_23_0113

We hadden een vrij te besteden dag in Malang maar onze gids Agah had aangeboden om in de ochtend een wandeling te organiseren om wat van de stad te laten zien, een voorstel waar niet iedereen maar het merendeel van de groep wel voor te vinden was.

De wandelaars vertrokken vanaf het hotel naar de vlakbij gelegen villawijk, die Agah het Wassenaar van Malang noemde. Deze wijk bestaat voor een groot deel uit luxe villa’s die er nog zijn gebouwd toen de Nederlanders het nog voor het zeggen hadden in Indonesië. Het zag er zelfs een beetje uit als onze wijk Alabang Village in Manila maar de tijd had hier toch wel haar sporen nagelaten.

Vlak bij de wijk was onze eerste stop, koffie drinken bij de Holland Bakery, een mooie bakkerswinkel met herkenbare Nederlandse producten en een cafetaria, maar met niet bepaald de beste cappuccino. We vervolgden de wandeling over de markt, gelegen aan de overkant van de brede boulevard langs de villawijk die iedere zondag tot vijf uur wordt afgesloten voor het verkeer. Het was gezellig druk op de markt die niet veel verschilde van soortgelijke markten in Maleisië en de Filipijnen, goedkoop en veel namaak merkartikelen.

Na de markt overgestoken te zijn wandelden we langs het paleis van de gouverneur en het gemeentehuis van Malang naar de vogeltjesmarkt. Nadat we eerst nog een kijkje hadden genomen bij een bloemen en plantenmarkt wandelden we door de smalle steegjes waar we ons vergaapten aan de vele vogelsoorten in kooien die te koop werden aangeboden. Het aantal soorten moet in de tientallen hebben gelopen en behalve parkieten, kanaries en duiven herkende ik er geen een.

Het werd weer tijd voor koffie die we gebruikten bij “Toko Oen”, een overblijfsel uit de Hollandse koloniale tijd waar het leek alsof de tijd had stil gestaan. Er hing een groot spandoek aan de muur waarop in het Nederlands te lezen viel dat het er al sinds 1930 gezellig was, en er werd door de bediening ook nog Nederlands gesproken.

We brachten nog een bezoekje aan een boekwinkel omdat er gevraagd was naar woordenboeken Maleis-Nederlands, en een winkelcentrum aan de overkant ervan wat een grote afdeling souvenirs had. We besloten onze wandeling met een lunch bij de naast het winkelcentrum gelegen McDonalds wat ons de gelegenheid gaf de Big Mac test te doen (uiteraard precies hetzelfde van smaak maar met opvallend veel sla).

De bus die al op ons stond te wachten bracht ons terug naar het hotel, al had ik het idee dat sommigen van ons inclusief ikzelf net zo lief terug gewandeld waren. De rest van de middag brachten we door in het zonnetje bij het zwembad van het hotel, en daar deed zich nog een aardig voorval voor. Er vielen ineens allemaal brokken aarde naar beneden uit de boom die naast ons stond. Ertussen zat ook een dikke muis die eerst verbaasd om zich heen keek en vervolgens snel tussen het groen dook…

24 juni – Van Malang naar Surabaya

Indonesie_2013_06_24_0054

Eindelijk eens een dag waarop we niet vroeg op hoefden want de reis van vandaag naar Surabaya zou maar iets van drie en een half uur duren. De vertrektijd was daarom vastgesteld op negen uur en de wektijd om half acht. Niet dat die wektijd er nou veel toe doet want we zijn toch altijd ruim voor de wake-up call al wakker.

Rond een uur of twaalf kwamen we aan in Surabaya en als eerste gingen we een kijkje nemen bij de oudste haven van Surabaya. Daar ligt nog een flink stuk Nederlandse geschiedenis maar daar is behalve aan sommige gebouwen niet veel meer van te zien. De haven lag net als die in Jakarta vol met vrachtschepen in die typische bouwstijl met een hele lange puntige boeg die omhoog loopt. Toen Riet weer eens sigaretten aan het uitdelen was nodigde een van de zeelui haar uit aan boord, waarvoor ze over de smalle loopplanken naar boven moest. Maar ze deed het toch maar, wat haar overigens aan boord zowat een heel pakje sigaretten kostte want om de een of reden zijn ze hier allemaal gek op Marlboro…

Na de haven reden we naar een sigarettenfabriek waar ze de typisch Indonesische Kretek sigaretten maken. Die bevatten behalve tabak ook allerlei kruiden zoals kruitnagelen en nootmuskaat wat zorgt voor een geurige rook (of je het lekker vindt hangt van je smaak af). We kregen een rondleiding door een museumpje en een filmpje over hoe deze sigaretten nog met de hand worden gerold en verpakt, maar de fabriek was tot onze teleurstelling leeg. De werkers moeten namelijk per dag een quotum halen en daarna mogen ze naar huis. Om half twee was de hele fabriekshal dus al leeg.

Voordat we naar ons hotel zouden rijden was het de bedoeling dat we eerste zouden gaan lunchen en dat was volgens de gids een half uurtje rijden. Na een uur waren we er nog niet want de chauffeur was namelijk verdwaald. Er was een brug te laag voor de bus en toen waren ze dus even de weg kwijt. De gids kwam met de oplossing, hij hield een taxi aan die voor ons uit ging rijden en zo kwamen we toch nog bij het restaurant, zij het een uur later dan gepland.

Na de lunch reden we naar het Novotel waar we onze laatste nacht op Java zullen doorbrengen want morgen vliegen we naar Bali.

25 juni – Bali!

Indonesie_2013_06_25_0026

De tweede opeenvolgende dag dat we ‘s morgens rustig aan konden doen want de koffers hoefden pas om half tien klaar te staan en de bus zou ons daarna om tien uur naar de luchthaven van Surabaya brengen. Onze vlucht met Garuda van Java naar Bali zou vanmiddag om een uur vertrekken dus we konden rustig aan doen.

Om elf uur waren we klaar voor vertrek, ingecheckt en wel, en moesten we ons dus nog anderhalf uur tot aan het boarden zien bezig te houden. Dat lukte prima op de kleine maar gezellige luchthaven, met een double-shot capuccino bij de Coffee Bean en een boek (op de iPad). De vlucht naar de luchthaven Denpasar op Bali duurde officieel maar achtendertig minuten maar in ons geval duurde het wat langer omdat we niet meteen konden landen.

Aangekomen stond de reisleidster van Fox ons al weer keurig op te wachten met de bus die ons in tien minuutjes naar ons hotel voor de komende week bracht. Het Holiday Inn Baruna bleek een geweldig mooi hotel aan het strand en van alle gemakken voorzien. Er was nog wel een probleempje met de kamer want Riet wilde graag een rokerskamer en die hadden we in eerste instantie niet gekregen. Alle kamers zijn in principe rookvrij zeiden ze. Toen herinnerde ik me dat ik mijn Priority Club kaart van Holiday Inn bij me had en toen ik die liet zien kregen we niet alleen een andere kamer, met balkon waarop Riet wel mag roken, maar ook nog eens kortingen in de bar, de restaurants en de Spa.

Het ziet er naar uit dat we ons wel gaan vermaken hier, al moet gezegd dat de eerste indruk van Bali was dat het wel heel erg toeristisch is. Er zijn hier veel meer toeristen dan op Java, wat voor ons dan wel weer als voordeel heeft dat we hier niet meer als een bezienswaardigheid worden gezien zoals op Java waar mensen voortdurend met ons op de foto wilden.

Het stadje waar we zitten heet Kuta, aan de Zuid-West kant van Bali, en vanavond zijn we voor een eerste verkenning richting het centrum gewandeld. Drukke straten met heel veel winkels en restaurants, straatverkopers en taxi’s, en waar denk je dat we uiteindelijk uitkwamen… Bij het Hardrock Café. Uiteraard.

26 juni – Stranddag

Indonesie_2013_06_26_0033

Het enige wat voor vandaag op de agenda stond was de voorlichtingsbijeenkomst van Fox over Bali, om half tien vanmorgen. Een medewerker van de reisorganisatie kwam naar ons hotel om ons kort wat te vertellen over Bali en het belangrijkste, om mogelijkheden voor excursies door te nemen.

Riet en ik hadden de lijst met excursies al bekeken en er sprongen er twee uit voor ons. We wilden gaan snorkelen, wat betekende dat we zouden moeten kiezen uit een groot aantal mogelijke opties, en we wilden de Jeep Safari gaan doen. We werden het snel eens over de snorkeltocht en de Jeep Safari stond voor ons al min of meer vast. Onze lokale reisleider boekte allebei de door ons uitgekozen excursies meteen dus dat was snel geregeld.

De rest van de dag brachten we bij het hotel door op ligbedden met het uitzicht op het strand. Als we wat wilden bestellen hoefden we alleen maar een vlaggetje overeind te zetten op ons tafeltje, en na uitvoerig testen kunnen we alleen maar constateren dat dat systeem prima werkt.
Ik heb nog geen gelegenheid gehad veel foto’s te delen via het web wat komt omdat ik alleen mijn iPad bij me heb om mee te werken en ik kan de foto’s van mijn camera niet rechtstreeks uploaden naar de iPad. Ik maak het wel goed als ik weer thuis ben, want het is niet dat ik geen foto’s heb gemaakt (ongeveer vijftienhonderd tot nu toe).

27 juni – Snorkelen

Indonesie_2013_06_27_0151

Vandaag deden we onze eerste excursie op Bali, een snorkeltocht naar het eiland Nusa Penida. Om acht uur werden we met een busje opgehaald bij ons hotel. We maakten meteen kennis met een jong Nederlands stel wat ook op vakantie is op Bali en bij ons in het hotel zit, zij hadden dezelfde tocht geboekt. We hoorden van de chauffeur dat wij vieren de enige deelnemers aan de tocht zouden zijn vandaag, dus we konden gelijk door naar het plaatsje Sanur. We werden daar begroet door onze gids voor de dag en de boot lag er ook al op ons wachten, met nog eens twee bemanningsleden aan boord.

De boot bleek een redelijk groot motorjacht te zijn en niet het verwachte kano-achtige vaartuig met drijvers aan twee kanten zoals je die hier veel ziet. Al snel bleek waarom want we moesten een tamelijk breed water oversteken om Nusa Penida te bereiken en daar stond een aardige deining. Het was ruim een uur varen voordat we op de plek van bestemming waren en toen konden we te water, voorzien van snorkels en zwemvliezen.

We hebben uiteindelijk op drie verschillende plekken gesnorkeld en alle drie waren prachtig.  Het koraal was schitterend en er zaten niet alleen heel veel vissen maar ook nog eens heel veel verschillende soorten. Op de tweede snorkelplek was ik op een gegeven moment de anderen kwijt maar dat lag niet aan mij dacht ik want iedere keer als ik boven kwam zag ik dat ik vlak bij de boot zat. Tot dat ik door kreeg dat de boot mij volgde om me op te pikken, ik was door de sterke stroming te ver afgedreven…

Na het snorkelen kregen we nog een lunch aan boord waarna we terug gingen richting Sanur. Dat werd een avontuur op zich want er was op de open zee meer wind gekomen en het zeetje was tamelijk ruw geworden. De terugreis had daarom veel weg van een rit over een heel erg hobbelige weg met heel veel hele diepe kuilen. De boot maakte flinke klappen door de hoge golfslag en we waren mede daardoor allemaal zeiknat van het buiswater.

Maar afgezien daarvan bereikten we Sanur zonder verdere problemen en rond een uur of half vier waren we weer terug in ons hotel na een geweldig leuk tochtje. Toch eindigde de dag een beetje in mineur want tijdens de rit van Sanur naar Kuta waar ons hotel staat begon het te regenen. Het werd weliswaar weer droog maar het begon stevig te waaien, en in de loop van de avond vielen er nog twee forse buien. En bleef het daar nou maar bij, maar de verwachting is dat er nog meer regen gaat vallen de komende dagen…

28 juni – Verregende dag

Indonesie_2013_06_28_0016

Vannacht om half drie werd al duidelijk dat het weerbericht gelijk zou krijgen met zijn voorspelling voor vandaag. Ik werd wakker van een enorme onweersbui waarbij het water met bakken uit de hemel kwam. Het werd een onrustige nacht want het bleef onweren tot vanmorgen vroeg.

De lucht zat vanmorgen potdicht met donkere wolken en er vielen voortdurend stevige buien. Even leek het erop dat op zou klaren en ik nam de gelegenheid te baat om een strandwandeling te gaan maken. Riet ging niet mee en dat bleek een verstandig besluit want ik werd onderweg overvallen door een stortbui. Omdat ik net op een deel van het strand was waar niets te schuilen viel was ik binnen de kortste keren drijfnat. Ik besloot maar terug naar het hotel te lopen zonder de bui af te wachten want natter dan nat kan tenslotte niet, nietwaar.

Het bleef ook in de middag buiig al hebben we toch nog wel bij het zwembad gelegen. Deze keer deden de parasols dienst als bescherming tegen de regen in plaats van tegen de zon. Een Australiër die langs liep kon er de lol nog wel van in zien want die vroeg aan het Australische stel naast ons of ze genoten van de “liquid sunshine” (vloeibare zonnestralen).

Tegen de avond werd het dan toch eindelijk droog en konden we naar het kleine maar heel gezellige restaurantje Warung Segar wandelen. Daar staat moeders in de keuken, de kinderen helpen in de keuken en bedienen en het eten, Chinees-Indisch is niet alleen fantastisch maar kost zowat geen drol. Ons koppeltje ging na het betalen van de rekening (iets van dertig euro met z’n vijven inclusief drankjes) ook nog eens op de foto voor de Nederlandse vlag die ze hadden staan, samen met het personeel, en ons werd beloofd dat we ingelijst aan de muur komen te hangen tussen de andere foto’s van gasten van het restaurantje…

29 juni – De zon is weer terug

Indonesie_2013_06_29_0045

Vanmorgen was al meteen duidelijk, dit leek er meer op! De zon scheen en de lucht was op een paar schapenwolkjes na strakblauw. We lagen dus al snel na het ontbijt op een paar ligbedden aan het strand.

Het was vandaag dus weer prachtig weer maar we  moesten ook afscheid nemen van een aantal mensen van onze groep die vandaag uit het hotel vertrokken. Drie van hen verhuisden voor de laatste paar dagen van de vakantie naar een ander resort in het twintig kilometer verderop gelegen Sanur, en voor twee was het vandaag de laatste vakantiedag, zij zouden terug naar Nederland vertrekken.

Uiteraard waren we van plan afscheid te nemen, maar toen we om kwart voor twaalf naar de hal van het hotel gingen in de verwachting ze daar aan te treffen bleek dat ze allemaal al vertrokken waren. Dat was veel vroeger dan gepland maar waarschijnlijk was hun vervoer vroegtijdig op komen dagen en waren ze daarom al weg. Erg jammer want we hebben een hele leuke tijd gehad samen en we hadden het leuk gevonden nog even gedag te zeggen. Gelukkig hebben we alle email adressen dus kunnen we altijd nog een mailtje sturen.

Riet en ik wandelden vanmiddag langs het strand naar het centrum van Kuta. Onderweg waren er de tientallen onvermijdelijke verkopers van snuisterijen maar we zagen ook de geweldig hoge golven en de surfers die daar gebruik van maakten. Erg grappig waren ook de “kroegjes” in de schaduw van de bomen. Ze bestonden uit niet meer dan een paar opgestapelde koelboxen met daaromheen een kring van plastic stoeltjes, en een bord met daarop”Jimmy’s Bar” of iets dergelijks. Wij kozen toch maar voor het Hardrock Café, waar we heerlijk op het terras een paar biertjes en een bord nacho’s hebben genuttigd…

30 juni – Jeep Safari

Indonesie_2013_06_30_0103

Voor vandaag stond onze tweede en laatste excursie op het programma, een Jeep Safari door de binnenlanden van Bali. We hadden doordat we op een tamelijk toeristische locatie zitten nog heel weinig van het echte Bali gezien en we hoopten dat deze excursie daar verandering in zou brengen. En ik kan alvast verklappen dat we daarin beslist niet teleurgesteld zijn!

Onze gids arriveerde om kwart voor negen met een Landrover bij ons hotel en we hoorden dat het voor ons een privé trip zou worden want de andere twee deelnemers hadden door ziekte af moeten zeggen. We gingen dus meteen op pad en al snel bleek dat onze gids, die overigens Engels sprak, een geboren Balinees was en daarbij ook een vlotte prater.

Via allerlei achteraf weggetjes met een zeer slecht wegdek (waar we overigens dankzij de Landrover nauwelijks last van hadden) reden we naar de eerste stopplaats, het dorpje Tegal Jadi. Daar hakken de bewoners in een kloof waar een beekje door stroomt stenen uit de vulkanische rots op dezelfde manier zoals dat al eeuwenlang wordt gedaan. We zagen een oud vrouwtje omhoog klimmen via de gladde stenen trap met een lading stenen op haar hoofd, en toen we zelf eerst naar beneden waren geklommen en vervolgens weer omhoog kregen we een idee hoe zwaar dat eigenlijk was.

Onderweg waren we overigens nog wel even gestopt bij een soort van dorpshuis waar op dat moment meisjes uit dat dorp bezig waren traditionele Balinese dansen te oefenen. We mochten even naar binnen en hebben even kunnen genieten van de prachtige gecontroleerde bewegingen van de meisjes, die wel eerst even hun verlegenheid moesten overwinnen voor deze onverwachte toekijkers.

De volgende stop was ook al weer zo’n klein dorpje, genaamd Malgunung, waar we een boerderijtje bezochten. De nog jonge boer leidde ons rond en liet zien wat ze allemaal verbouwden, onder andere koffie, cacao, bananen, mango’s, rambutan, ananas en tapioca, maar ook vanille en andere kruiden. We dronken op de veranda van het woonhuis onze koffie en we kochten nog wat snuisterijen die daar met de hand waren gemaakt en waarvan de opbrengst wordt gebruikt om de toegangswegen naar het dorp te verbeteren.

Daarna klommen we tot over 900 meter naar de schitterende rijstterrassen van Jatiliwih. Na foto’s gemaakt te hebben van het adembenemende uitzicht was het tijd voor de lunch. We reden het regenwoud in wat gelegen is op de Mount Batukaru, en na een rit over wat niet meer dan een karrenspoor leek bereikten we tot onze verrassing een restaurantje. Dit was speciaal gebouwd van bamboe in wat letterlijk “the middle of nowhere” is, maar er waren prachtig gedekte tafels en een geweldig uitziend buffet met Balinese gerechten.

En al dat lekkers was voor ons tweeën want de jongedames in het restaurant vertelden ons dat er vandaag geen andere gasten werden verwacht. Wat ze wel verwachtten van ons was dat we alles zouden proberen en dat deden we dan ook. We proefden de rode en zwarte rijst (streekspecialiteiten) maar lieten ons ook de Nasi Goreng, de Mie Goreng, de Saté en de rest van de gerechten goed smaken. Er was zelfs als we dat gewild hadden Franse cognac, ik bedoel maar…

Tijdens de lunch barstte er wel een enorme stortbui los die letterlijk al een tijdje in de lucht hing. Het werd weer snel droog maar terwijl we terugliepen naar de Jeep begon het weer en we konden maar net op tijd instappen. Tijdens de rit naar het laatste stoppunt, de hete bronnen bij Banjar Belulang, plensde het maar wonder boven wonder werd het droog toen we er aankwamen.

De bronnen zelf zijn van vulkanische oorsprong en zijn vrij klein dus niet echt sensationeel, het was meer alles er om heen want ze maken onderdeel uit van een Hindoeïstisch heiligdom. Dit was ook de enige plek waar er restricties waren met betrekking tot het maken van foto’s want de badende mensen mochten niet worden gefotografeerd, iets wat ik kan billijken want ik zou daar zelf ook een pesthekel aan hebben.

Van de bronnen gingen we terug naar ons hotel in Kuta, wat overigens nog een rit van ruim twee en een half uur was, maar wel door een schitterende omgeving. We hebben onze mening over Bali vandaag drastisch moeten herzien; ja, er is heel veel toerisme maar als je de moeite neemt om de binnenlanden in te trekken dan zie je het echte Bali waar het soms lijkt of de tijd er stil heeft gestaan. Nou ja, afgezien van de alom aanwezige brommertjes dan…

1 juli – Tempels

Indonesie_2013_06_30_0113

Toen we gisteren op pad gingen voor onze Jeep Safari kwamen we al snel de eerste Hindoe tempel tegen. Die bestaan over het algemeen uit een paar torentjes met heel veel ornamenten en voor de poort staan aan weerskanten twee beelden. Toen we er voorbij reden dacht ik, daar maak ik op de terugweg wel een paar foto’s van.

Maar al tijdens het eerste kwartier van de rit waren we al zoveel tempels tegengekomen dat ik eerst onze gids maar eens vroeg hoe dat zat. Het blijkt dat op Bali iedere familie zijn eigen tempel heeft. Er wonen meestal een paar gezinnen uit dezelfde familie bij elkaar en samen hebben ze dan een tempel. Al snel zie je dat al die tempeltjes er hetzelfde uitzien en dat is ook wel verklaarbaar want we kwamen heel veel winkels tegen die de ornamenten en de beelden kant en klaar verkopen, zeg maar een soort Hindoe Gamma.

Het hele eiland Bali is dan ook vergeven van de Hindoe tempeltjes. Het bedrieglijke is dat ze er allemaal authentiek uitzien door slijtage en schimmel, maar dat lijkt maar zo want dat is wat het klimaat hier in een paar jaar doet. Echt oude Hindoe heiligdommen zie je niet zo veel, en dat komt blijkbaar omdat aardbevingen en vulkaanuitbarstingen de oude tempels hebben verwoest.

Bali is het enige eiland van Indonesië wat niet ten prooi is gevallen aan de Islam, het is voor het overgrote deel Hindoeïstisch, en dat maakt dat het er toch anders uitziet dan Java. Ook de bewoners zijn anders, ze zijn meer open en vriendelijker al kan dat natuurlijk ook te maken hebben met het feit dat Bali veel toeristischer is dan Java.

Voor ons was het vandaag een stranddag, zij het dat het weer wat te wensen overliet. Er was veel sluierbewolking en daardoor was er niet veel zon, en erger nog, er stond een straffe wind. Desondanks was het bij het strand en in de middag nog wel uit te houden, hoor.

2 juli – Laatste dag alweer

Indonesie_2013_07_02_0031

Vandaag is al weer de laatste dag van onze vakantie in Indonesië. We hadden nog wel vrijwel de hele dag te besteden want technisch gesproken vliegen we pas morgen terug want onze terugvlucht naar Manila vertrekt vannacht om een uur. In ieder geval konden we vandaag dus nog de hele dag lekker luieren bij het strand en het zwembad want we hoefden vanavond pas om tien uur klaar te staan voor ons transport naar de luchthaven, wat overigens maar een ritje van een minuut of tien is.

Vanmiddag om twee uur moesten we uit onze hotelkamer maar gelukkig hebben ze hier een ruimte die speciaal bedoeld is voor mensen die laat vertrekken zoals wij. Die ruimte biedt onder andere de gelegenheid om te douchen dus we konden aan het eind van de middag daar terecht om ons op te knappen. Daarna hebben we vanavond nog even lekker gegeten bij het restaurantje Warung Segar, en dat zal ik gaan missen want het zou wel eens heel lang kunnen gaan duren voordat ik weer zulke lekkere Nasi Goreng te eten krijg.

Riet loopt overigens al sinds zondag warm want die wilde eigenlijk na de Jeep Safari al het liefst meteen naar huis. Niet helemaal onbegrijpelijk want ze maakt zich zorgen over onze katten, die zitten namelijk al sinds afgelopen donderdag alleen. We waren aan het snorkelen toen op de boot opeens mijn telefoon ging. Het bleek Estela te zijn om het droeve nieuws te melden dat haar zus plotseling was overleden. Dat betekende natuurlijk dat ze naar huis moest, maar daarmee waren we wel onze oppas voor de katten kwijt. Estela zou ze naar buiten doen en ze had geregeld dat de tuinman iedere dag eten zou komen geven, maar we zijn er niet gerust op dat dat allemaal goed gaat. Heel erg vervelend natuurlijk dat we van hier uit niets kunnen regelen. Riet dacht er nog aan om een van haar vriendinnen te bellen maar dat heeft geen nut bedachten we want die hebben geen sleutel van ons huis en dan kunnen ze verder ook weinig doen.

Toch weer problemen dus, dit is wel een vakantie met hindernissen! En dat bleek maar weer eens toen we vanavond op ons vervoer zaten te wachten, want dat was er dus om tien uur niet en om tien voor half elf ook nog steeds niet. We wilden dus maar een taxi nemen maar het hotel bood spontaan aan ons naar de luchthaven te brengen met de hotel shuttlebus. Die werd al voor gereden toen net ons vervoer aankwam…

In ieder geval zitten we nu, ingecheckt en wel, klaar voor onze vlucht naar Manila waar we morgenvroeg om vijf aankomen als alles goed gaat. En zo zit onze vakantie er dus al weer op…

Foto’s

De foto’s van deze vakantie kun je bekijken via albums op een andere website via deze link. Veel kijkplezier!