Vanmorgen vroeg was de vlucht van Emirates naar Dubai nog steeds niet gecanceld dus na het ontbijt in het restaurant haalde ik mijn koffers op en dropte ik mijn kamersleutel bij de receptie. Daar liep ik mijn maat Ali tegen het lijf waar ik samen mee zou reizen maar hij vertelde me dat in overleg met onze baas zijn trip geen doorgang kan vinden. Het punt is namelijk dat Ali na de Workshop in Dubai terug naar Irak zou reizen en dat kan dus niet: eruit mag nog wel maar erin voorlopig niet.
Het vervoer naar de luchthaven vertrok om zeven uur en het ging deze keer niet per bus want we waren maar met z’n drieën. Het konvooi bestond uit drie gepantserde Toyota Landcruisers, en dat vond ik geen probleem want dat rijdt een heel stuk comfortabeler dan met die bussen.
We kwamen zonder ook maar een enkel probleem op de luchthaven aan en ondanks de nog strengere veiligheidscontroles daar was ik om kwart voor negen bij de business lounge. Helaas, die bleek gesloten, maar gezien het feit dat we inmiddels de zekerheid hadden dat het vliegtuig van Emirates al onderweg was nam ik deze tegenvaller voor lief.

Het vliegtuig vertrok precies op tijd en na een probleemloze vlucht landden we om half twee plaatselijke tijd (het is in Dubai een uur later dan in Irak) op de luchthaven van Dubai. Na het ophalen van mijn koffer ging ik met de door Emirates beschikbare taxi (deze keer een hele luxe BMW) naar mijn hotel gebracht aan de andere kant van de stad, gelegen vlak bij het kantoorgebouw waar ik de komende dagen zal doorbrengen.
Het was een opluchting dat alles uiteindelijk toch goed is gekomen. Het is niet zozeer dat ik mee ooit onveilig heb gevoeld, we zitten goed afgeschermd in het KAZ kamp, maar de onzekerheid over het wel of niet mogen vertrekken werkt toch op je gestel. Je merkt dat ook in het kamp want er werd de afgelopen dagen vrijwel nergens anders meer over gepraat. Want uiteindelijk wil iedereen toch allemaal na zijn of haar vier weken naar huis…
Het was uitslapen voor mij vanochtend want ik had met mijn baas afgesproken dat ik er om een uur of half negen zou zijn. Het gebouw waar de kantoren van Wood zich bevinden, de Arenco Tower, is vlak bij ons hotel, ik kan het vanuit mijn kamer (op de 18e verdieping trouwens) van het Media One hotel zien staan. Vanmorgen wandelde ik er na het ontbijt naar toe, waar ik op mijn gemakje (het was al behoorlijk heet) een minuutje of tien, vijftien over deed.


Na de security-check kwam de paspoortcontrole en ook daar stond een gigantische rij. Het vervangen van de Marechaussees door machines werkt misschien wel efficiënter maar sneller gaat het ook hier zeker niet. Gelukkig kwam er net toen ik aansloot in de rij iemand die iedereen met een Nederlands paspoort naar een aparte rij dirigeerde. Al met al was ik dus toch sneller binnen dan verwacht en zat ik even later met een lekker bakkie in de lounge.













Er staan weliswaar overal straatlantaarns maar de lange weg langs de fabriek is toch behoorlijk donker en dat kan voor wandelaars problemen opleveren met achteropkomend werkverkeer. Nu is de maximum snelheid maar 20 kilometer per uur (en daar houdt iedereen zich ook strikt aan) maar toch kan een ongeluk in een klein hoekje zitten en er is dan ook gevraagd om te proberen zo zichtbaar mogelijk te zijn.









Vandaag ging dat toch helemaal mis, en het begon al vroeg in de ochtend op kantoor. Mijn Irakese baas Haider had het tijdens ons tripje naar Dubai voortdurend over het feit dat hij falafel miste want dat at hij iedere dag bij het ontbijt. En jawel, vanmorgen kwam hij binnen met een schaaltje falafel en uiteraard moest ik het proberen. Het zag er aan de buitenkant een beetje uit als een Hollands borrelhapje, maar de binnenkant was heel anders en ik moet toegeven dat het heerlijk smaakte. Wel een gefrituurd hapje, dus niet erg gezond.


Het werd in de loop van de dag een stuk beter en rond het middaguur was het ondanks een stevige wind na best aangenaam. De vraag was of het zo zou blijven want het weerbericht gaf aan dat dit een tijdelijke opleving was.


Hoe dan ook, ik was om vijf uur vanmorgen klaarwakker dus toen ik mijn wake-up call kreeg zat ik al gewassen en aangekleed te wachten. De taxi was er al even voor zevenen en ik werd dus ruim op tijd, samen met een gezelschap luidruchtige Afrikanen naar de luchthaven gebracht. Weer hing alles daar heel vlot want ik hoefde niet meer in te checken en na het kopen van de verplichte slof Marlboro voor Riet ging ik naar de business lounge. Ik had daar ruimschoots de tijd voor een scheerbeurt (het hotel verzag de gasten niet van scheerspullen) en een bak koffie met een muffin.



We hebben allemaal al op onze eerste dag dit belangrijke attribuut gekregen en dat is ook noodzakelijk, want niet alleen moet deze pas te allen tijde overal en altijd op het terrein zichtbaar gedragen worden zodat je herkenbaar bent als werknemer, de pas is ook nodig om vrijwel alle deuren open te maken. En ik kwam er pas achter dat mijn pas nog op mijn kamer lag toen ik de deur van het gebouw uitstapte. En terug naar binnen kon niet, want inderdaad, die deur is beveiligd en heb je dus je pas nodig om binnen te komen…




Toen ik vanmorgen bij het IT-gebouw aankwam zat er voor de deur een kat op zijn gemak te pissen. Ze maakte zich totaal niet druk om mij toen ik langs liep, ze bleef gewoon zitten en toen ze klaar was ging ze nog steeds op haar gemak het plasje begraven. Daarna wandelde ze weg zonder me verder een blik waardig te keuren.
Basrah is een van de weinige steden in het Midden-Oosten zonder een effectief waterzuiveringssysteem en het ooit geavanceerde rioleringssysteem functioneert niet meer waardoor de mooie kanalen verworden zijn tot stinkende poelen. Maar er schijnt hoop te zijn aan de horizon want de centrale overheid heeft een lening weten los te peuteren bij Japan om de riolering te gaan verbeteren en met geld van Koeweit wordt er op dit moment een ziekenhuis gebouwd. De Wereldbank komt ook financieel te hulp om de ernstige luchtverontreiniging in de stad tegen te gaan die veroorzaakt wordt door het verbranden (flaren) van het gas van de nabijgelegen olievelden.