Zoals ik minstens ieder jaar wel een keer doe had ik een paar weken geleden mijn ouwe makkers Nico, Wessel en Gijs gemaild met de vraag of we weer eens konden afspreken voor een kleine reünie. We zien elkaar buiten dat soort gelegenheden eigenlijk zelden, behalve Nico en ik, dus het is altijd weer gezellig om weer eens bij te praten. Alleen gaat het de afgelopen jaren steeds minder over muziek en steeds meer over familie en gezondheid, maar zo gaat dat nu eenmaal.
Deze keer hadden we afgesproken bij strandrestaurant Zomers in Katwijk, met eigenlijk als enige reden dat er sliptongetjes op het menu staan. Vroeger gingen we altijd naar De Westerkim die tegenwoordig Surf & Beach heet, maar de laatste keer stonden er geen slibtongetjes meer op het menu en dat is nog steeds het geval. Typisch geval van jammer dan, want die sliptongetjes zijn juist onderdeel van onze jaarlijkse traditie.
Gisteren kwam er nog een kleine kink in de kabel toen Gijs zich afmeldde met de mededeling dat hij positief was getest op Corona, maar we besloten het samenzijn toch maar door te laten gaan. Zonder Gijs dus weliswaar, maar het is nog vroeg in de zomer dus we spraken af om over een week of wat nog een keer af te spreken. Het werd weer ouderwets gezellig met z’n drieën, maar we bleven niet lang zitten bij Zomers. De wind op het terras werd in de loop van de avond zo fris dat we besloten om maar naar de Bankijkerweg te verkassen, waar we in onze serre beschut van de inmiddels koude noordenwind nog een paar afzakkertjes namen.
Maar voordat we vertrokken bij Zomers was er nog een onaangename verrassing voor Nico. Een meeuw had zijn achter het restaurant geparkeerde fiets ondergescheten, en met name het zadel was flink geraakt.
Het plakkaat was al helemaal aangekoekt en er vrijwel niet af te bikken, zodat Nico met een deels nog bescheten zadel naar Rijnsburg moest fietsen…